|
|
Verkiezingen
1.
Aanwezigheidsquorum
Centraal Kerkbestuur
De afgevaardigden van de raden in het centraal
kerkbestuur worden verkozen door een vergadering van alle verkozen
(aangestelde) leden uit de kerkraden. De leden van rechtswege nemen niet deel
aan deze verkiezingen. Om geldig te beraadslagen moet de meerderheid van de
leden aanwezig zijn. Het quorum is belangrijk. Indien de presentielijst(en)
uitwijst(zen) dat dit minimum aantal niet bereikt wordt, dan moet een nieuwe
kiesdatum en verkiezing vastgelegd worden.
De berekening van het aanwezigheidsquorum is
eenvoudig. Stel er zijn 23 kerkraden die vallen onder een centraal kerkbestuur.
De verkozen leden van de kerkraad zijn 5 in getal [zie Decreet, art. 5]. Het totaal aantal kerkraadsleden die op de verkiezing
kunnen aanwezig zijn, is 23 x 5 = 115. Het quorum wordt bereikt wanneer de
helft van de kerkraadsleden aanwezig is. Het resultaat wordt eventueel afgerond
naar de hogere eenheid, hetzij 115 / 2 = 57,5 dit wordt dus 58 kerkraadleden.
2.
Mandaten
Centraal Kerkbestuur
De stemming gebeurt voor elke kandidaat
afzonderlijk. Men kiest voor de eerste kandidaat en daarna voor de tweede
kandidaat (enz.).
Belangrijk is dat de stemming in het geheim
verloopt en dat een volstrekte meerderheid moet bereikt worden. De meerderheid
wordt berekend op het totaal geldig uitgebrachte stemmen. Ongeldige stemmen of
blanco stemmen worden niet meegenomen in de berekening. De volstrekte
meerderheid wordt bereikt, wanneer de helft + 1 van de geldig uitgebrachte
stemmen op één kandidaat wordt uitgebracht. Dit totaal wordt eventueel afgerond
naar de hogere eenheid.
We hernemen het voorbeeld. Er zijn 23 kerkraden
van 5 verkozen leden, hetzij een kiespopulatie van 115. Het quorum wordt
bereikt bij een aanwezigheid van 58 kerkraadsleden.
Er zijn 66 leden aanwezig. Het quorum is dus
bereikt. Bij de stemming blijkt dat 3 leden blanco of ongeldig hebben gestemd.
De volstrekte meerderheid wordt vastgelegd op: ((66 – 3) / 2) + 1 =32,5 hetzij
afgerond op 33 stemmen. Indien er geen ongeldige of blanco stemmen zouden zijn,
dan moeten (66 / 2) + 1 = 34 stemmen geteld worden. Indien er 10 blanco of
ongeldige stemmen zijn, dan bereiken we de volstrekte meerderheid met ((66 -
10) / 2) + 1 = 29 stemmen.
Toepassing van artikel 27 van het Decreet.
3.
Bijzondere mandaten:
Voorzitter en Secretaris-Penningmeester
In het voorbeeld (supra C.1) moesten 6
afgevaardigden verkozen worden. Het centraal kerkbestuur bestaat dus uit 8
leden, namelijk de 6 verkozen leden, de vertegenwoordiger van de bisschop en de
expert.
De bijzondere mandaten worden gekozen door al de
leden van het Centraal kerkbestuur. Indien alle leden aanwezig zijn, dan wordt
de volstrekte meerderheid bereikt wanneer (8 / 2) + 1 = 5 stemmen op een
kandidaat verenigd worden. Indien niet alle leden aanwezig zijn bv. slechts 5
leden (infra) dan wordt het minimum te verenigen stemmen bereikt (5 / 2) + 1 =
3,5 afgerond op de hogere eenheid dus 4, is.
Daarenboven moet het aanwezigheidsquorum
(minimum aantal aanwezige zittende leden) om geldig te vergaderen vooraf ook
bereikt worden [zie Decreet, art. 19
mutatis mutandis]. Dit betekent in
het voorbeeld dat minstens 5 leden moeten aanwezig zijn, namelijk (8 / 2) + 1 =
5.
Toepassing van artikel 28 van het Decreet.
©
PéDéWé 01.2009 Hoewel de teksten hoofdzakelijk gebaseerd zijn op wetteksten,
decretale verordeningen en omzendbrieven, is de interpretatie die er aan wordt
gegeven een persoonlijk standpunt dat noch de Vlaamse Regering en haar
administratie(s), noch de burgerlijke overheden en haar administratie(s), noch
de kerkelijke overheid en haar instelling(en) verbindt.