|
|
Budget: Samenstellende delen,
financiële nota
Het
budget bestaat uit een financiële nota en een beleidsnota. De financiële nota van het budget maakt een onderscheid tussen de
ontvangsten en uitgaven, inclusief overboekingen die betrekking hebben op de
exploitatie enerzijds en op de investeringen anderzijds.
Het
budget geeft de kredieten weer voor alle ontvangsten en uitgaven, inclusief
overboekingen, die tijdens dat financieel boekjaar kunnen worden verricht, met
uitzondering van de geldverrichtingen die enkel betrekking hebben op de
beschikbare kasvoorraad.
Het
budget geeft daarnaast de cijfers van de laatst vastgestelde jaarrekening, de
cijfers van het laatst vastgestelde budget en de voor dat financieel boekjaar
opgenomen cijfers uit het niet-geactualiseerde meerjarenplan. Wat de vorm en
inhoud aangaan, zijn er beperkingen opgelegd bij ministerieel besluit.
De financiële nota is de cijfermatige
vertaling van al wat het bestuur van de eredienst heeft gepland voor dat
financiële boekjaar. Het model voor die financiële nota werd vastgesteld bij
ministerieel besluit en is uiteraard op dezelfde wijze opgebouwd als de
financiële nota van het meerjarenplan.
Ter vergelijking worden er naast de
eigenlijke budgetcijfers ook de cijfers van de laatste vastgestelde
jaarrekening in opgenomen, de cijfers van het vorige budget en de cijfers van
het laatste niet-geactualiseerde meerjarenplan. Met dat laatste worden de
cijfers bedoeld die in het initiële (of gewijzigde) meerjarenplan stonden
voordat het budget werd opgesteld. In die zin is dat het niet-geactualiseerde
meerjarenplan, aangezien bij het opstellen van het budget het meerjarenplan
moet worden geactualiseerd door de budgetcijfers op te nemen in het
meerjarenplan. Het heeft geen zin om de cijfers van na die actualisering op te
nemen, aangezien die per definitie identiek zullen zijn aan de cijfers van het
budget.
Boekhoudkundig
moet het totaal van de geraamde ontvangsten in de exploitatie, aangevuld met de
eventuele gemeentelijke of provinciale exploitatietoelage, en [het gecorrigeerd
overschot of tekort van de exploitatie van twee financiële boekjaren voordien],
gelijk zijn aan de som van de geraamde uitgaven in de exploitatie en de
overboekingen. De gemeentelijke of provinciale exploitatietoelage is de sluitpost
van die berekening.
Het
saldo van de geraamde ontvangsten en de uitgaven van de investeringen, met
inbegrip van het overschot of tekort van de investeringen van twee financiële
boekjaren voordien, het eventuele negatieve saldo van de budgetwijziging van
het voorgaande financiële boekjaar, vermeld in artikel 23, tweede lid, en de
overboekingen, is gelijk aan of groter dan nul. De zelfbedruipende besturen
mogen gemotiveerd afwijken van de bepalingen van dit artikel.
Uit
de cijfers van de financiële nota van het budget moet blijken dat de financiën
van het bestuur van de eredienst in evenwicht zijn. Daarom wordt er een
verplicht evenwicht opgelegd in artikel 20 van het reglement.
Toepassing van artikel 46 van het Decreet
©
PéDéWé 01.2009 Hoewel de teksten hoofdzakelijk gebaseerd zijn op wetteksten,
decretale verordeningen en omzendbrieven, is de interpretatie die er aan wordt
gegeven een persoonlijk standpunt dat noch de Vlaamse Regering en haar
administratie(s), noch de burgerlijke overheden en haar administratie(s), noch
de kerkelijke overheid en haar instelling(en) verbindt.