Centraal Kerkbestuur Gent Stad

Deze webpagina is een inlichtingsbron voor de leden van de kerkraden die vallen onder het Centraal Kerkbestuur Gent Stad, maar mag ook geraadpleegd worden door andere geïnteresseerde derden.

Monast5

 

Waarderingsregels

 

Decretaal

 

Het Decreet legt slechts op dat de waarde van een goed bepaald of herbepaald wordt bij het opstellen van de jaarrekening (31.12) en dat de waarde van het goed opgenomen wordt in de inventaris.

 

De herwaardering wordt toegepast op elk activum.  Dit wilt geenszins zeggen dat elk activum effectief een andere nieuwe waarde zal krijgen. Integendeel, het zijn slechts de activa die op een bestendige manier van waarde veranderen, waarvan dat de waarde moet herbepaald worden. Een toevallige marktfluctuatie heeft geen invloed op de (inventaris)waarde van het goed.

 

In een kasboekhouding is de enige aangewezen methode de vermindering of de vermeerdering van de waarde van het goed in de inventaris registreren ter gelegenheid van het opstellen van de jaarrekening.

 

Daarenboven moeten de goederen waarvan de aankoop gebeurde vóór 2007 niet opgenomen worden in de inventaris.

 

Voor de onroerende goederen worden de ligging, het kadastraal inkomen, in voorkomend geval de erop rustende lasten en de al dan niet periodieke opbrengsten ervan en indien bekend het jaar van verwerving in de inventaris vermeld. Ook belangrijke investeringsprojecten worden vermeld met verwijzing naar de desbetreffende investeringssteekkaart.

 

Bij de gebouwen waarover het bestuur van de eredienst beschikt, wordt vermeld of ze al dan niet beschermd zijn, in de zin van het decreet van 3 maart 1976 tot bescherming van monumenten en stads- en dorpsgezichten met latere wijzigingen.

 

Een vordering is elk in geld uitgedrukt bedrag dat door een welbepaalde derde aan het bestuur van de eredienst verschuldigd is. Het zijn ontvangsten die nog moeten geïnd worden. Een vordering wordt gekenmerkt door zijn toekomstige en onzekere aard. Een vordering wordt slechts definitief een ontvangst voor het deel dat effectief geïnd wordt.

De vorderingen worden vastgesteld door de voorzitter en de secretaris en worden door de penningmeester onmiddellijk, doorlopend genummerd, opgenomen in het desbetreffende deel van de inventaris, met vermelding van de datum van het stuk, het financieel boekjaar en het bedrag.

De inventaris vermeldt tevens het eventueel al ontvangen bedrag en het saldo. Minstens eenmaal per jaar en in ieder geval op 31 december worden alle ontvangsten, evenals de oninbaar verklaarde bedragen die betrekking hebben op een van die vorderingen in dat deel van de inventaris opgenomen, zodat de openstaande vorderingen kunnen worden afgelezen 

Een schuld is elk in geld uitgedrukt bedrag dat door het bestuur van de eredienst aan een welbepaalde derde verschuldigd is. Het zijn betalingen die nog moeten uitgevoerd worden. Een schuld wordt gekenmerkt door zijn toekomstige en onzekere aard. Een schuld wordt slechts definitief een uitgave voor het deel dat effectief betaald wordt.

De schulden worden door de penningmeester onmiddellijk, doorlopend genummerd, opgenomen in het desbetreffende deel van de inventaris, met vermelding van de datum van het stuk, het financieel boekjaar en het bedrag. De inventaris vermeldt tevens het eventueel al betaalde bedrag en het saldo.

Minstens eenmaal per jaar en in ieder geval op 31 december worden alle betalingen van schulden in dat deel van de inventaris opgenomen, zodat het saldo kan worden afgelezen

De opname van een schuld op deze lijst veronderstelt altijd een uitgestelde betaling. Er zijn verschillende redenen om de betaling van een schuld uit te stellen. Ondermeer: de betwisting van een schuld; een (tijdelijk) tekort aan betalingsmiddelen; een overeengekomen vervaldag van een deel of het geheel van de schuld.

Verplichtingen vloeien dikwijls voor uit stichtingen. Het zijn de (positieve) daden die een kerkbestuur moet stellen als een aan een stichting verbonden voorwaarde.

© PéDéWé 01.2009 Hoewel de teksten (in de groene kaders) hoofdzakelijk gebaseerd zijn op wetteksten, decretale verordeningen en omzendbrieven, is de interpretatie die er aan wordt gegeven een persoonlijk standpunt dat noch de Vlaamse Regering en haar administratie(s), noch de burgerlijke overheden en haar administratie(s), noch de kerkelijke overheid en haar instelling(en) verbindt.