|
|
Penningmeester
Kwijting
Nadat de jaarrekening is goedgekeurd, verleent het bestuursorgaan de
penningmeester kwijting tijdens de eerstvolgende vergadering. De procedure voor
het niet-verlenen van kwijting wordt geregeld in artikel 55, §3, van het
Eredienstendecreet. Daar wordt ook bepaald hoe het bestuur tekorten moet
terugvorderen van de penningmeester.
Door de kwijting kan de penningmeester niet meer in gebreke worden
gesteld voor de wijze van het voeren van de boekhouding en
voor de eventueel nadien vastgestelde tekorten. Indien de penningmeester echter
de kerkraad (en de toezichthoudende overheid) zou misleid hebben, dan komt zijn
verantwoordelijkheid opnieuw in het gedrang.
Kwijting voorgaande boekjaren
De eerste kwijting volgens de
bepalingen van het Decreet, houdt
de kwijting van de vorige boekjaren in.
Goedgekeurde jaarrekening en Kwijting
De
gouverneur keurt de rekening goed binnen een termijn van tweehonderd dagen
nadat hij de rekening heeft ontvangen en hij stelt daarbij de bedragen vast.
Als er binnen die termijn van tweehonderd dagen geen besluit wordt verstuurd
naar het centraal bestuur, wordt de rekening automatisch als goedgekeurd
beschouwd. De gouverneur deelt zijn beslissing ook mee aan het gemeente- of
provinciebestuur, het bestuur van de eredienst, de penningmeester en het erkend
representatief orgaan.
Nadat
de rekening is goedgekeurd, verleent het bestuursorgaan de penningmeester
kwijting tijdens de eerstvolgende vergadering.
Toepassing artikel 55 van het Decreet
Afgekeurde jaarrekening en Gebrek aan kwijting
Het
niet-verlenen van kwijting aan de penningmeester kan alleen bij gemotiveerd
besluit. De penningmeester en de provinciegouverneur worden zonder verwijl en
gelijktijdig van deze beslissing in kennis gesteld.
Indien de jaarrekening niet wordt goedgekeurd en
er bijgevolg geen kwijting wordt verleend aan de penningmeester, dan moet de
kerkraad het vastgestelde tekort terugvorderen van de penningmeester.
Dit gebeurt in 2 fazen, namelijk een
ingebrekestelling wordt aan de penningmeester toegestuurd en het tekort wordt
mits betaling vóór een bepaalde datum effectief teruggevorderd. De
provinciegouverneur wordt van de gevolgde procedure eveneens ingelicht.
De kerkraad stuurt een aangetekend schrijven aan
de penningmeester op. Het tekort wordt uitdrukkelijk vermeld, evenals een
zinsnede die de terugbetaling van de gelden binnen een bepaalde termijn
(meestal 1 maand) vastlegt.
Indien de penningmeester de gelden binnen deze
termijn terugbetaalt, dan verleent de kerkraad kwijting. Deze terugbetaling
wordt aan de toezichthoudende overheid meegedeeld.
Toepassing artikel 56 van het Decreet
© PéDéWé 01.2009 Hoewel de teksten hoofdzakelijk
gebaseerd zijn op wetteksten, decretale verordeningen en omzendbrieven, is de
interpretatie die er aan wordt gegeven een persoonlijk standpunt dat noch de
Vlaamse Regering en haar administratie(s), noch de burgerlijke overheden en
haar administratie(s), noch de kerkelijke overheid en haar instelling(en)
verbindt.