Het Erkenningsdecreet richt een nieuwe
dienst op via een omweg: het Besluit van 10.12.2021.
E.Art. 18, 1ste lid spreekt
over een nieuwe dienst en de bevoegdheden van deze nieuwe dienst (zie
E.Art. 19 tot en met E.Art. 27). Het is slechts met een ultiem besluit de
dato 10 december 2021, dat deze dienst een naam krijgt: De Informatie-
en screeningdienst lokale geloofsgemeenschappen van het “Agentschap
Binnenlands Bestuur”.
Een organigram moet nog uitgetekend
worden. Ook moet een ander term onderzocht worden, namelijk de
zwaarwichtige overtreding. Daartoe wordt een ontwerpbesluit geschreven dat
aan het advies van de Raad van State wordt onderworpen. Het late ontwerp en
het late advies zijn in de lemmatalijst opgenomen.
De nieuwe dienst wordt in de omgang
afgekort tot ISD. De volledige benaming is enigszins misleidend, want benevens
de lokale geloofsgemeenschappen, wordt ook toezicht gehouden op de besturen
van de eredienst.
De ISD heeft een drievoudige opdracht
(E.Art. 18) en houdt toezicht op:
-
de lokale geloofsgemeenschappen
tijdens de wachtperiode (Erkenningsbesluit);
-
de lokale
geloofsgemeenschappen tijdens de procedure van E.Art. 67 voor de lokale
gemeenschappen die hun erkenning hebben aangevraagd voor 01.07.2019 (Erkenningsbesluit);
-
zij houdt toezicht op de
correcte toepassing van de decreten (Eredienstenbesluit en
Erkenningsbesluit) bij de besturen van de eredienst.
De ISD onderzoekt het onderhouden van de
verplichtingen opgelegd aan de erkenningzoekende lokale
geloofsgemeenschappen of aan de besturen van de eredienst door het
Erkenningsdecreet en het Eredienstendecreet. De ISD geeft advies omtrent
eventuele door de Vlaamse Regering op te leggen sanctiemaatregelen (E.Art.
29).
Deze overheden volgen de correcte
toepassing van boekhoudkundige documenten en van de beslissingen van de
besturen van de eredienst op en geven advies aan het ISD bij misslag.
De ISD heeft uitgebreide bevoegdheden en
houdt toezicht op personen (E.Art. 21) en gebouwen (E.Art. 20) . Zij kan
daartoe beroep doen op derden, aan wie ze om inlichtingen verzoekt (E.Art.
22 en 24); op bijstand van diverse instanties en deskundige derden, die
niet-limitatief worden opgenoemd (E. Art. 26).
De ISD mag onderzoeksmethodes aanwenden
met alle materiële middelen, ook audiovisuele (E. Art. 25). Zij mag
documenten laten voorleggen, raadplegen, kopiëren en voor nazicht meenemen
(E.Art. 23).
Haar opmerkingen, waarschuwingen,
voorstellen tot sanctionering worden neergelegd in proces-verbalen die
begin van bewijs kunnen zijn (E.Art. 27) en meegedeeld worden aan de
Vlaamse Regering en / of het representatief orgaan.
|