Uittredende leden dienen zelf hun
ontslag in.
Te vervangen leden zijn leden die
niet aan alle voorwaarden om lid te zijn van de kerkraad nog voldoen (zie Decreet art. 9 en art. 16). Het
betreft in het bijzonder de redenen die verbonden zijn aan de religie
(rooms-katholiek zijn en ingeschreven zijn in één van de gemeentes van de
parochie), aan de leeftijdsbeperking (minimum 18 jaar zijn op het ogenblik
van de aanstelling of van de verkiezing) en aan familiale (bloed- of
aanverwantschap tot in de 2de graad in rechte lijn of
echtgenoten(s) van de leden van de kerkraad) of bedrijfseconomische
beperkingen (niet werken in bezoldigd dienstverband van de kerkraad). Ten
slotte kunnen ook te vervangen leden zijn, de leden die onderworpen zijn
aan de regels die moeten gerespecteerd worden bij de gedeeltelijke
vernieuwing van de leden (zie Decreet, art. 6).
De termijn voor de vervanging van de
uittredende of de te vervangen leden is 2 maanden, vanaf de dag na de dag
dat het lid uittreedt of vanaf de dag na de dag dat niet meer aan alle
beperkende voorwaarden is voldaan. In principe wordt bij termijnen per dag
van 24 uur gerekend. Er wordt geen rekening gehouden met weekeinden.
Gelopen maanden worden in principe berekend met een cijferbenadering,
namelijk bij het cijfer van de maand wordt het aantal te lopen maanden
geteld. Een voorbeeld verduidelijkt veel. Een lid dient zijn ontslag in op
12.02. De termijn begint te lopen vanaf 13.02 en loopt af op 12.04 om 24
uur.
De looptijd van het mandaat wordt
voortgezet. Dit wil zeggen dat de gelopen termijn en de procedure voorzien
in art. 6 van het Decreet (3 jaar nà de 1ste installatie) moeten
gerespecteerd worden, namelijk de vervanging in de loop van de maand april
van de grote of kleine helft van de leden. Opnieuw een voorbeeld. Een lid
gaat op 13.03.2007 wonen in een gemeente buiten de parochie en wordt op
15.04.2007 ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand van de nieuwe
gemeente. De termijn van zijn vervanging begint te lopen op 16.04.2007 en
loopt af op 15.06.2007. Het nieuw lid zet het mandaat voort tot april 2008.
Maand waarin de vernieuwing van de leden moet doorgevoerd worden.
De te vervangen leden zijn opnieuw
verkiesbaar. Er wordt geen enkele beperking opgelegd dan de voorwaarden als
bepaald in art. 9 en 16. Het aantal herverkiezingen is onbeperkt. De
leeftijdsbeperking voorzien in art. 10 van het Decreet werd geschrapt.
Er bestaat een toezichtregeling. De
Bisschop of zijn aangestelde kan bij overschrijding van de termijn van 2
maanden op voorstel van de parochieverantwoordelijke, meestal de
parochiepriester, een nieuw lid van de kerkraad aanduiden. De enige
beperking is dat het nieuwe lid moet opgenomen zijn in de lijst van
kandidaten die samengesteld werd ter gelegenheid van de 1ste
aanstelling of ter gelegenheid van de verkiezing van de kerkraad.
|