Oprichting en Erkenning
Het representatieve
orgaan van de rooms-katholieke eredienst wordt geleid door de bestuurder
van het bisdom, in principe de bisschop, waarin de parochie is gelegen.
Op voorstel van de
bisschop erkent de Vlaamse regering al of niet de oprichting, het bestaan
en de afschaffing van een parochie. Bij deze erkenning moet aan bepaalde
voorwaarden worden voldaan. Deze criteria zijn nader bepaald in het besluit
van 30 september 2005 (Belgisch Staatsblad van 16.12.2005) [zie Omzendbrief
BA 2006/04 dd 10.03.2006 betreffende de erkenning van de plaatselijke kerk-
en geloofsgemeenschappen].
Toepassing
artikel 2 en artikel 4/3 van het
Decreet
Wijziging gebiedsomschrijving van een Parochie
De wijziging van een
gebiedsomschrijving van een parochie heeft slecht uitwerking nadat een
Koninklijk Besluit de gebiedswijziging definitief heeft vastgelegd.
Die bepaling houdt
(enkel) verband met de gebiedsomschrijving omschreven in het
erkenningsbesluit en vastgesteld bij Koninklijk Besluit.
Er kan wel, op basis
van de canonische gebiedsomschrijving, een wijziging van de bij Koninklijk
Besluit vastgestelde gebiedsomschrijving worden gevraagd. De bij Koninklijk
Besluit vastgestelde gebiedsomschrijving moet uiteindelijk samenvallen met
de canonische.
In geval van twijfel
kan alleen rekening worden gehouden met de bij Koninklijk Besluit
vastgestelde grenzen.
Toepassing
artikel 2 en artikel 4/2 van het
Decreet
Fusie van Parochies
De fusie van parochies
gebeurt op voorstel van de bisschop. De Vlaamse Regering erkent de fusie en
de nieuwe gebiedsomschrijving, en trekt de erkenning van de in de fusie
betrokken parochies in, behalve wat de erkenning aangaat van de te behouden
parochie (zie Decreet, art. 4/3).
De mandaten van al de
bij de fusie betrokken kerkraden gaan teniet en nieuwe (eerste) kerkraad wordt
door de bisschop aangesteld op voorstel van de parochieverantwoordelijke (zie Decreet, art. 4/4 en 4/5).
De kerkfabrieken van al
de bij de fusie betrokken parochies gaan teniet, behalve de kerkfabriek van
de te behouden parochie (zie Decreet, art. 4/5).
De roerende goederen,
de onroerende goederen, de contracten en overeenkomsten, de procedures in
verband met opdrachten van werken van de bij de fusie betrokken
kerkfabrieken worden overgedragen aan de kerkfabriek van de behouden
parochie (zie Decreet, art. 4/7 - 10).
De penningmeesters van
de bij de fusie betrokken kerkraden maken hun eindrekening op, en dienen ze
bij de kerkraad van de behouden kerkfabriek ter goedkeuring (en kwijting)
in (zie Decreet, art. 4/11).
Een stelsel van lopende
zaken wordt geďnstalleerd voor al de bij de fusie betrokken parochies,
behalve voor de behouden parochie, gedurende de termijn die loopt vanaf de
publieke aankondiging van een fusie aan de bij de fusie betrokken parochies
door de bisschop tot aan de publicatie van de ministeriele erkenning van de
nieuwe parochie door de bevoegde minister van de Vlaamse Regering (zie Decreet, art. 4/6).
Kerkfabriek en Kerkraad
Het decreet voorziet
per erkende entiteit (de parochie) een lokaal bestuur, een openbare
instelling (de kerkfabriek) met rechtspersoonlijkheid, die belast is met de
materiële organisatie, de werking en het beheer van goederen van de
eredienst. Die openbare instelling heeft één bestuursorgaan (de kerkraad),
verder de raad te noemen.
Toepassing
artikel 3 van het Decreet
Kandidaten en Vacatures
De verantwoordelijke
van de parochie maakt de vacatures bekend en organiseert binnen de parochie
een oproep tot de kandidaten. Hij maakt het resultaat van die oproep
bekend.
Toepassing
artikel 5 en 7 van het Decreet
Niet-ingevulde kandidatuur
De bisschop of zijn
aangestelde kan bij overschrijding van de termijn van 2 maanden op voorstel
van de parochieverantwoordelijke, meestal de parochiepriester, een nieuw
lid van de kerkraad aanduiden. De enige beperking is dat het nieuwe lid
moet opgenomen zijn in de lijst van kandidaten die samengesteld werd ter
gelegenheid van de 1ste aanstelling of ter gelegenheid van de verkiezing
van de kerkraad.
Toepassing
artikel 8 van het Decreet
Verkiesbaarheidvoorwaarden
Bij de aanstelling en
de verkiezing van kandidaten moet voldaan worden aan de
verkiesbaarheidvoorwaarden waaronder de inschrijving in de
bevolkingsregisters van de gemeente of van een van de gemeenten van de
gebiedsomschrijving van de parochie vereist is. Van deze bepaling kan niet
worden afgeweken. Maar een toevallige, niet-voortdurende verwijdering uit
de gebiedsomschrijving van de parochie schaadt niet aan deze voorwaarde.
Toepassing
artikel 9 van het Decreet
Stemgerechtigde parochieverantwoordelijke
De aangestelde
verantwoordelijke van de parochie maakt van rechtswege deel uit van de
kerkraad. Hij/zij is daarom stemgerechtigd.
Toepassing
artikel 12 van het Decreet
Archief
De secretaris is in het
bijzonder belast met het bewaren van het archief.
Met kerkarchieven
bedoelt men in feite drie archiefbestanden die men in een doorsnee parochie
kan aantreffen: het historische archief van vóór 1801, het historisch
archief vanaf 1801, en het parochiale en pastoraal archief.
Toepassing
artikel 13 van het Decreet
Penningmeester vervanging
Een penningmeester moet
bij overlijden of bij plotse onmogelijkheid om de functie van
penningmeester nog uit te oefenen, vervangen worden. Dit is ook het geval
wanneer hij tijdelijk (min of meer langdurig) belet is (zie Decreet, art.15, 4de lid).
Gelet op het principe
dat de kerkraad volheid van bevoegdheid heeft kan de kerkraad een
waarnemend penningmeester aanduiden uit de twee overige leden van de
kerkraad die geen bijzonder mandaat hebben. Aangezien de functie van penningmeester
voorbehouden is aan verkozen leden (zie Decreet,
art. 12, 1ste lid) komt de door het erkend representatief orgaan
aangestelde verantwoordelijke van de parochie of zijn vervanger niet in
aanmerking.
Toepassing
artikel 14 van het Decreet
Centraal kerkbestuur
Het decreet voorziet
per groep van minimum 2* erkende entiteiten (parochies) die gelegen zijn
binnen eenzelfde gemeente een overkoepelend orgaan: het centraal
kerkbestuur. Dit koepelorgaan is een openbare instelling met
rechtspersoonlijkheid, dat coördinerend optreedt en de relaties onderhoudt
tussen de kerkraden en de religieuze en burgerlijke overheden. De
oprichting van een centraal kerkbestuur vanaf 2* of meer parochies is een
wettelijke verplichting. Er is geen vrije keuze.
Toepassing
artikel 25 van het Decreet, *gewijzigd vanaf 01.04.2014 voorheen 4 entiteiten
Meerdere Centrale kerkbesturen
De oprichting van
meerdere centrale kerkbesturen in gemeenten waar 9 of meer parochies
gelegen zijn, is echter aan een erkenning door de Vlaamse Regering
onderworpen. Opnieuw moet een minimum aantal parochies bereikt worden,
namelijk meer dan 8, dit wil zeggen vanaf minimaal 9 parochies binnen
eenzelfde gemeente kunnen bijkomende centrale kerkbesturen opgericht
worden.
Toepassing
artikel 25 van het Decreet
Aantal leden Centraal kerkbestuur
Het aantal verkozen
leden dat een centraal kerkbestuur kan omvatten, is afhankelijk van het
aantal parochies die een CKB vertegenwoordigt. Er is een minimum aantal
verkozen leden decretaal vastgelegd, namelijk 3 leden van 5 tot 9
parochies.
Het aantal extra
verkozen leden kan variëren en wordt per volledige groep van 5 bijkomende
parochies vastgesteld.
Een
berekeningsvoorbeeld: het CKB vertegenwoordigt 23 parochies binnen de
gemeente. Per bijkomende groep van 5 parochies is een lid verkiesbaar,
hetzij (23 - 5) / 5 = 18 / 5 = 3 extra leden. Het aantal te verkiezen leden
is 3 + 3 = 6 leden.
Toepassing
artikel 26 van het Decreet
|