Aanvaarding, Definitief
De schenkingen worden definitief aanvaard en de
legaten worden aanvaard door de kerkraad.
Toepassing artikel 37 van het Decreet
Aanvaarding, Voorlopig
De schenkingen bij akte onder levenden worden
altijd voorlopig aanvaard door de penningmeester overeenkomstig de
bepalingen van de wet van 12 juli 1931.
Toepassing artikel 36 van het Decreet
Bezwaar
Belanghebbenden kunnen
tegen de aanvaarding van een legaat bezwaar indienen.
Er kunnen slechts
bezwaren worden ingediend betreffende de legaten, dit is de overdracht van
eigendom opgenomen in een testament of laatste wilsbeschikking. Voor
schenkingen is geen decretale bezwaarprocedure voorzien. Indien de
schenking betwist wordt, kan slechts een burgerlijke procedure ingesteld
worden.
Toepassing
artikel 38 van het Decreet
Bezwaar, Termijn
De bezwaren moeten
worden ingediend bij de Vlaamse Regering binnen een termijn van 30 dagen nŕ
de beslissing van aanvaarding van de kerkraad. De beslissing van
aanvaarding moet echter mits een aangetekend schrijven betekend worden om
uitwerking te krijgen. De bezwaartermijn begint te lopen vanaf de dag na de
dag van de afgifte ter post van de aanvaarding. Let wel! Het bezwaar moet
niet bij aangetekend schrijven worden verstuurd naar de Vlaamse Regering.
Maar de bezwaarindiener moet zich verzekeren van alle middelen om zijn
bezwaar te staven en om bepaalde termijnen te doen lopen.
Toepassing
artikel 38 van het Decreet
Bezwaar, Behandeling door Vlaamse Regering
De Vlaamse Regering
beschikt over een termijn van 50 dagen te rekenen vanaf de dag na de dag
van ontvangst van het bezwaar. Het besluit tot geheel of gedeeltelijk
behoud van het legaat of de afwijzing ervan moet aan de bezwaarindiener
toegestuurd worden uiterlijk bij het verstrijken van de termijn. Indien de
Vlaamse Regering niet beschikt, dan wordt de klacht van de bezwaarindiener
geacht correct te zijn en wordt er definitief gevolg aan gegeven. Opnieuw
wordt de vorm waarmee het besluit wordt meegedeeld niet decretaal
omschreven.
Toepassing
artikel 38 van het Decreet
Burgerlijk wetboek, Aard
De aard van de
schenking is niet omschreven, maar het meestal zijn het lichamelijke
goederen of rechten (titels) die lichamelijke goederen of intellectuele
rechten vertegenwoordigen. Gelden zijn roerende lichamelijke goederen.
Burgerlijk wetboek, Bekwaamheden
De grote voorwaarde
echter is dat de schenker en de begunstigde wettelijk in staat moet zijn om
te schenken of te ontvangen. Aan de bepalingen opgenomen in Burgerlijk wetboek, Boek 3, Titel II, Hfdst. II,
Bekwaamheid om te beschikken of te verkrijgen bij schenking onder levenden
of bij testament, art. 901- 912 moet voldaan worden.
In het bijzondere moet
de schenker bekwaam zijn om te schenken of te legateren en de begunstigde
om te ontvangen of aan te nemen (zie BW, art. 902
e.v.).
Burgerlijk wetboek, Definitie
Een schenking onder de
levenden is een akte waarbij de schenker zich dadelijk en onherroepelijk
van de geschonken zaak ontdoet, ten voordele van de begiftigde die ze
aanneemt (zie BW, art. 894).
Een testament is een
akte waarbij de erflater, voor de tijd dat hij niet meer in leven zal zijn,
over het geheel of een deel van zijn goederen beschikt, en die hij kan
herroepen (zie BW, art. 895).
Burgerlijk
wetboek, Goede zeden
Zoals voor alle
burgerlijke akten, zullen voorwaarden die strijdig zijn met de wet of de
goede zeden, ofwel de aanvaarding van schenkingen, legaten en stichtingen
onmogelijk maken, ofwel als niet bestaande worden beschouwd. De aanvaarding
is onmogelijk wanneer de onwettige of ongeoorloofde voorwaarde als
essentiële voorwaarde of als enig mogelijke bestemming geformuleerd werd.
De voorwaarde wordt als
onbestaande beschouwd wanneer zij niet als exclusief bedoeld werd en
hetgeen dat geschonken wordt ook op een andere wijze zinvol kan aangewend
worden (bvb. de schenking van een huis onder de voorwaarde dat het niet mag
verhuurd worden aan vreemdelingen). Het gaat hier over een ongeoorloofde
voorwaarde. Het huis kan echter wel aanvaard worden, maar de ongeoorloofde
beperking moet als niet bestaande worden beschouwd. Het huis kan aan
iedereen verkocht of verhuurd worden.
Burgerlijk wetboek, Kenmerken
Er kan een dubbel
onderscheid gemaakt worden: een schenking kan in principe niet herroepen
worden (zie echter BW, art. 953 e.v.), een
legaat wel. Een schenking gaat in principe onmiddellijk in; een legaat gaat
slechts in na het vervullen van de opschortende voorwaarde: het overlijden
van de erflater.
Burgerlijk
wetboek, Onroerend goed
Indien een onroerend goed wordt geschonken,
moet een openbare ambtenaar tussenkomen, meestal is dit een notaris.
De voor hypotheek vatbare schenking, de
overdracht van eigendom van onroerende goederen en de aanvaarding moeten
daarenboven overgeschreven worden bij de bevoegde Hypotheekbewaarder (zie BW, art. 939). Indien niet, dan is de
schenking niet-tegenstelbaar, tenzij aan de schenker of aan degenen die
belast zijn om te doen overschrijven of hun rechtverkrijgenden (zie BW, art. 941).
Voor hypotheek zijn alleen vatbaar:
1° onroerende goederen die in de handel zijn (art. 45, Hyp.W);
2° rechten van vruchtgebruik, erfpacht en opstal, op diezelfde goederen
gevestigd, zolang die rechten duren (art. 45, Hyp.W);
3° zee- en binnenschepen (Wkh., boek II,
art. 3, 11, 25, 27, 272 en 272bis)
Burgerlijk wetboek, Vormvoorwaarden Definitieve
aanvaarding
De definitieve
aanvaarding van een schenking en / of de aanvaarding van het legaat is aan
vormvoorwaarden gebonden. Ze wordt gedaan bij aangetekend schrijven aan de
schenker of mits authentieke akte verleden door de notaris bij een legaat.
Daarenboven moeten de akten geregistreerd worden om tegenstelbaar te zijn
aan derden. Onroerende schenkingen of legaten moeten ook worden
overgeschreven bij de hypotheekbewaarder.
Infra,
Vormvoorwaarden Schenking
Burgerlijk wetboek, Vormvoorwaarden Schenking
De schenking is
onderworpen aan vormvoorwaarden: ze moet gedaan worden bij akte en ze moet
ook geschat worden (zie BW, art. 948). Dit
wil zeggen dat een geschrift de basis moet vormen van de overdracht van
eigendom. Alleen de notariële akte is toegelaten (zie
BW, art. 931).
Een schenking is maar
compleet, wanneer ze aanvaard wordt. Opnieuw zijn vormvoorwaarden opgelegd (zie BW, art. 932 e.v.) onder andere de
betekening van de aanvaarding aan de schenker of een authentieke akte
wanneer het onroerende goederen betreft.
Identificatie
De schenkers en de
kerkfabriek moeten gedegen geďdentificeerd zijn of identificeerbaar zijn.
Kerkraad
Schenkingen en legaten
worden aanvaard door de kerkraad. Wat de schenkingen aangaat, is er een
getrapte aanvaarding, namelijk de voorlopige aanvaarding door de
penningmeester (zie Decreet, art. 36) en de definitieve door de kerkraad. Er zijn
geen termijnen van aanvaarding voorgeschreven. Maar de termijn moet
redelijk zijn voor alle partijen.
Toepassing
artikel 37 van het Decreet
Legaten
De legaten zijn aan
dezelfde voorwaarden gebonden als de schenking. Legaten onderscheiden zich
van de schenkingen door hun manier van vestiging, namelijk door middel van
een beschikking in een testamentaire akte of laatste wilsbeschikking. Deze
akten zijn op hun beurt aan voorwaarden verbonden die opgesomd zijn in het Burgerlijk wetboek, Boek 3, titel II, Schenkingen onder
levenden en testamenten.
Onderscheid
Er wordt een
onderscheid gemaakt tussen schenkingen onder levenden (zie Decreet, art. 36) en legaten bij overlijden (zie Decreet, art. 37).
Onderzoek
Om het onderzoek naar
de titel van overdracht te kunnen doen, wordt de schenking onder levenden
eerst voorlopig aanvaard door de penningmeester. Nadat de juistheid en de
correctheid van de akte, zowel naar vorm, als naar inhoud, is onderzocht,
dan aanvaardt (of weigert) de kerkraad de schenking definitief.
Toepassing
artikel 36 van het Decreet
Opbrengsten en
Ontvangsten
De opdracht van de
kerkfabriek is duidelijk afgebakend in art. 4 van het decreet van 7 mei
2004. Enerzijds, kan een kerkfabriek krachtens het principe van de
specialiteit slechts schenkingen, legaten of stichtingen aanvaarden die
passen binnen de haar toegekende bevoegdheid, zo o.m. voor de ondersteuning
van de beoefening van de eredienst, voor eucharistievieringen, voor
bepaalde godsdienstige intenties of voor de zielenrust van overledenen,
alsook voor het onderhoud, het herstel of de nieuwbouw van kerken.
Anderzijds komen dergelijke schenkingen,
legaten en stichtingen ten voordele van andere openbare instanties die hiertoe
niet bevoegd zijn (bv. gemeente of OCMW) door dit specialiteitprincipe toe
aan de kerkfabrieken.
Toepassing artikel 51 van het Decreet
Opname in de Inventaris
De legaten en de stichtingen worden
afzonderlijk in de inventaris vermeld.
Toepassing artikel 35 van het Decreet
Rechten en Taksen
Sommige overdrachten
zijn onderworpen aan rechten en taksen (bv. de successierechten die rusten
op het legaat). Deze rechten en taksen zijn een last van de schenking en
moeten betaald worden door de aannemer. Bij de overweging of een schenking
definitief zal aanvaard worden, moet met dit economisch gegeven rekening
worden gehouden.
Toepassing
artikel 36 van het Decreet
Verplichtingen
uit Stichtingen
Verplichtingen vloeien dikwijls voor uit
stichtingen. Het zijn de (positieve) daden die een kerkbestuur moet stellen
als een aan een stichting verbonden voorwaarde
Toepassing artikel 51 van het Decreet
Voorbeeld
Een erflater overlijdt
op 12.07 en laat aan een kerkfabriek een som geld na onder de vorm van
aandelen.
De aandelen moeten
geďnventariseerd en tegen geld gewaardeerd worden.
De kerkraad aanvaardt
en betekent zijn beslissing mits een aangetekend schrijven aan de
erfgenamen van de erflater op 28.07. De bezwaartermijn begint te lopen
vanaf 29.07. Het einde van deze termijn is voorzien op 29.08.
Een erfgenaam dient op
16.08. bezwaar in. De Vlaamse Regering ontvangt het bezwaar op 20.08. De
besluittermijn begint op 21.08 en loopt op 11.10 om 24 uur af.
Indien de Vlaamse
Regering zijn besluit niet meedeelt aan de bezwaarindiener, de betrokken
kerkfabriek, de gemeenteoverheid als eerste toezichthouder en het erkend
representatief orgaan (de bisschop) ten laatste op 11.10, dan wordt er
geacht dan het bezwaar terecht is en wordt het legaat vernietigd tot beloop
van de waarde die de bezwaarindiener in zijn klacht heeft vermeld.
|