CENTRAAL KERKBESTUUR GENT STAD

 

Jakobijnenstraat 4 te 9000 Gent

 

Vacatures

Bijzondere mandaten

 

Een penningmeester moet bij overlijden of bij plotse onmogelijkheid om de functie van penningmeester nog uit te oefenen, vervangen worden. Dit is ook het geval wanneer hij tijdelijk (min of meer langdurig) belet is. Toepassing artikel 15, 4de lid van het Decreet

 

Gelet op het principe dat de kerkraad volheid van bevoegdheid heeft kan de kerkraad een waarnemend penningmeester aanduiden uit de twee overige leden van de kerkraad die geen bijzonder mandaat hebben.

Aangezien de functie van penningmeester voorbehouden is aan verkozen leden (zie Decreet, art. 12, 1ste lid) komt de door het erkend representatief orgaan aangestelde verantwoordelijke van de parochie of zijn vervanger niet in aanmerking.

 

De aandacht wordt gevestigd op art. 12, 2de lid van het Decreet waarin de cumul van de functies van voorzitter, secretaris en penningmeester verboden wordt. De aangestelde verantwoordelijke van de parochie of zijn vervanger stemt samen met de voorzitter, de secretaris en de overige verkozen leden mee om de penningmeester ad interim aan te stellen. De uittredende penningmeester stelt zijn eindrekening op.

Toepassing artikel 14, 5° van het Decreet

 

Indien de secretaris belet is, dan wordt hij / zij vervangen het jongste lid in leeftijd van de kerkraad. Daarbij moet enerzijds de cumulregel zoals voorzien in art. 12, 2de lid van het Decreet gerespecteerd worden en anderzijds de quorumregel zoals voorzien in art. 19 van het Decreet in acht genomen worden.

Toepassing artikel 15, 4de lid van het Decreet

 

Indien de voorzitter verhinderd is, dan wordt hij / zij vervangen door het oudste lid in leeftijd van de kerkraad. Daarbij moet enerzijds de cumulregel zoals voorzien in art. 12, 2de lid van het Decreet gerespecteerd worden en anderzijds de quorumregel zoals voorzien in art. 19 van het Decreet in acht genomen worden.

Toepassing artikel 15, 4de lid van het Decreet

 

Centraal kerkbestuur

 

Na elke gedeeltelijke vernieuwing van de kerkraden vindt de verkiezing van de nieuwe mandatarissen voor het centraal kerk bestuur plaats. Een mandaat in het centraal kerkbestuur duurt bijgevolg drie jaar. Een afgevaardigde kan een onbeperkt aantal maal herkozen worden.

Toepassing artikel 27, 1ste lid van het Decreet

 

Centraal kerkbestuur, aanstelling expert

 

De vertegenwoordiger van de bisschop en de afgevaardigde verkozen leden van het CKB stellen de expert aan in het expertisedomein dat zij verkiezen.

Toepassing artikel 27, 4de lid van het Decreet

 

Centraal kerkbestuur, verkiezing van de voorzitter en de secretaris-penningmeester

 

De voorzitter wordt verkozen uit de afgevaardigde leden van het CKB. Alle leden van het CKB, dit zijn de afgevaardigde van de bisschop, de verkozen afgevaardigden en de expert hebben stemrecht.

 

De secretaris-penningmeester wordt verkozen uit alle leden van het CKB. De enige beperking ligt in de cumulregel: men kan geen twee mandaten (ook niet toevallig) in één persoon verenigen. Alle leden van het CKB hebben stemrecht.

Toepassing artikel 28 van het Decreet

 

Vervanging van leden van het CKB op een ander tijdstip

 

In het Decreet is in geen bijzondere vervangingsprocedure bij overlijden of anderszins voorzien. Slechts zijdelings kan gerefereerd worden naar de vervanging van leden van de kerkraad bij hun ontslag of overlijden (zie Decreet, art. 8). Er staat slechts één optie open: de organisatie van verkiezingen.

 

Installatie 1ste kerkraad

 

De 1ste kerkraad van een kerkfabriek wordt op voorstel van de parochieverantwoordelijke aangesteld door de bisschop.

Toepassing artikel 5, 2de lid van het Decreet

 

Installatie 1ste Kerkraad na fusie van parochies

 

Op voorstel van de door de bisschop aangestelde parochieverantwoordelijke, meestal de parochiepriester, wordt de nieuwe kerkraad door hem aangeduid.

Toepassing artikel 4/5 van het Decreet

 

Kerkraad

 

De door het bisdom aangestelde parochieverantwoordelijke, meestal de parochiepriester, zal aan de parochiegemeenschap schriftelijk het aantal te begeven plaatsen in de kerkraad mededelen waarbij tevens een oproep aan de leden van de parochiegemeenschap gelanceerd wordt om zich kandidaat te stellen. De lijst met kandidaten zal nadien bekend gemaakt worden. Uit deze lijst zal met meerderheid van stemmen het nieuwe lid of de nieuwe leden gekozen worden.

Toepassing artikel 7 van het Decreet

 

Vervanging van leden van de kerkraad

 

Uittredende leden zijn leden die bij de driejaarlijkse vernieuwing van het kerkbestuur hun mandaat neerleggen en ter beschikking stellen. De eerste maal gebeurt dit bij loting van 3 leden (de grote helft). Bij de tweede vernieuwing treden de twee andere verkozen leden (de kleine helft) uit en stellen hun mandaat ter beschikking. Bij de volgende vernieuwingen wordt deze beurtrol aangehouden (zie Decreet art.6).

 

Te vervangen leden zijn leden die niet aan alle voorwaarden om lid te zijn van de kerkraad nog voldoen (zie Decreet art. 9 en art. 16).

 

Het betreft in het bijzonder de redenen die verbonden zijn aan de religie (rooms-katholiek zijn en ingeschreven zijn in één van de gemeentes van de parochie), aan de leeftijdsbeperking (minimum 18 jaar zijn op het ogenblik van de aanstelling of van de verkiezing) en aan familiale (bloed- of aanverwantschap tot in de 2de graad in rechte lijn of echtgenoten (s) van de leden van de kerkraad) of bedrijfseconomische beperkingen (niet werken in bezoldigd dienstverband van de kerkraad).

 

Vervanging van leden van de kerkraad, termijn

 

De termijn voor de vervanging van de uittredende of de te vervangen leden is 2 maanden, vanaf de dag na de dag dat het lid uittreedt of vanaf de dag na de dag dat niet meer aan alle beperkende voorwaarden is voldaan.

In principe wordt bij termijnen per dag van 24 uur gerekend. Er wordt geen rekening gehouden met weekeinden.

 

Gelopen maanden worden in principe berekend met een cijferbenadering, namelijk bij het cijfer van de maand wordt het aantal te lopen maanden geteld. Een voorbeeld verduidelijkt veel. Een lid dient zijn ontslag in op 12.02. De termijn begint te lopen vanaf 13.02 en loopt af op 12.04 om 24 uur.

 

De looptijd van het te begeven mandaat wordt voortgezet. Dit wil zeggen dat de gelopen termijn en de procedure voorzien in art. 6 van het Decreet (3 jaar nà de 1ste installatie) moeten gerespecteerd worden, namelijk de vervanging in de loop van de maand april van de grote of kleine helft van de leden.

 

Opnieuw een voorbeeld. Een lid gaat op 13.03.2007 wonen in een gemeente buiten de parochie en wordt op 15.04.2007 ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand van de nieuwe gemeente. De termijn van zijn vervanging begint te lopen op 16.04.2007 en loopt af op 15.06.2007. Het nieuw lid zet het mandaat voort tot april 2008. Maand waarin de vernieuwing van de leden moet doorgevoerd worden.

 

Uittredende leden zijn opnieuw verkiesbaar. Er wordt geen enkele beperking opgelegd dan de voorwaarden als bepaald in art. 9 en 16. Het aantal herverkiezingen is onbeperkt. De leeftijdsbeperking voorzien in art. 10 van het Decreet werd geschrapt.

Toepassing artikel 8 van het Decreet

 

Vervanging van leden van de kerkraad, bezwaren

 

Ieder geïnteresseerde derde kan een bezwaar indienen tegen kandidaten van de kerkraad. Zij moeten hun bezwaren aan de kerkraad bekend maken binnen de 15 dagen vanaf de bekendmaking van de vacatures.

 

Binnen de 15 dagen vanaf de indiening van het bezwaar deelt de kerkraad deelt schriftelijk en onder aangetekend schrijven haar beslissing mee. Daarenboven moet de kerkraad haar beslissing meedelen binnen een termijn van 3 dagen te rekenen vanaf de datum van de beslissing.

 

De bezwaarindiener kan bij de bisschop een hoger beroep inleiden binnen de 8 dagen vanaf de dag ontvangst van de beslissing van de kerkraad.

 

De bisschop deelt zijn besluit schriftelijk en onder aangetekend schrijven mee aan de bezwaarindiener en aan de kerkraad vóór de verkiezing van het beschikbaar mandaat.

 

Is deze beslissing definitief? Hierop moet ontkennend geantwoord worden. Aangezien de gemeenteoverheid, de provinciegouverneur en de Vlaamse Regering toezicht houden over de wettelijkheid van de genomen besluiten (zie Decreet, art. 58, § § 1 en 2 en art. 59) kunnen deze instellingen nog altijd optreden.

 

Toepassing artikel 7, § 3, van het Decreet

 

 

© PéDéWé 08.2012 Hoewel de teksten hoofdzakelijk gebaseerd zijn op wetteksten, decretale verordeningen en omzendbrieven, is de interpretatie die er aan wordt gegeven een persoonlijk standpunt dat noch de Vlaamse Regering en haar administratie(s), noch de burgerlijke overheden en haar administratie(s), noch de kerkelijke overheid en haar instelling(en) verbindt.

 

Naar Index

Naar littera S