A.
Kerkraad
De raad kan slechts geldig beraadslagen als de meerderheid van
de zittinghebbende leden aanwezig is. Zittinghebbende leden zijn leden die
het mandaat van lid van de raad bezitten, hetzij als verkozen of aangesteld
lid, hetzij als lid van rechtswege. De meerderheid wordt dan gevormd door
het aantal leden te delen door 2 en er 1 eenheid bij te tellen. In principe
zijn er 5 verkozen (aangestelde) leden en 1 representatief
vertegenwoordiger, hetzij (5 + 1) / 2 = 3 + 1 = 4.
Als bij een eerste bijeenroeping niet beraadslaagd kan worden
omdat het aanwezigheidsquorum niet werd bereikt, kan de raad na een tweede
bijeenroeping, ongeacht het aantal aanwezige leden, toch beraadslagen en
besluiten over de punten die voor de tweede maal op de agenda voorkomen.
De volstrekte meerderheid wordt dan berekend op het aantal
geldig uitgebrachte stemmen van de leden die aanwezig waren, zonder echter
nog rekening te moeten houden met het oorspronkelijk aanwezigheidsquorum
als bepaald in art. 19 van het Decreet.
De kerkraad kan tijdens de 2de vergadering slechts
de agendapunten behandelen die zowel in de 1ste als in de 2de
oproepingsbrief werden vermeld. Indien er in de 2de
oproepingsbrief agendapunten zouden voorkomen die niet in de 1ste
oproepingsbrief werden vermeld, dan moet voor deze punten gehandeld worden
volgens en met het quorum zoals bepaald in de 1ste lid van het
artikel ad hoc.
Bij de behandeling van bepaalde agendapunten kan een
deskundige erbij geroepen worden. Die deskundige mag echter niet aanwezig
zijn bij de beraadslaging en de stemming.
Toepassing van artikel 19 van het Decreet.
B. Centraal kerkbestuur
Artikel 19 van het Decreet is mutatis
mutandis van toepassing op de besluiten die door
het Centraal kerkbestuur worden genomen.
Toepassing van artikel 31 van het Decreet.
C. Verkiezingen
1. Aanwezigheidsquorum Centraal
Kerkbestuur
De afgevaardigden van de raden in het centraal kerkbestuur
worden verkozen door een vergadering van alle verkozen (aangestelde) leden
uit de kerkraden. De leden van rechtswege nemen niet deel aan deze
verkiezingen. Om geldig te beraadslagen moet de meerderheid van de leden
aanwezig zijn.
De berekening van het aanwezigheidsquorum is eenvoudig. Stel
er zijn 23 kerkraden die vallen onder een centraal kerkbestuur. De verkozen
leden van de kerkraad zijn 5 in getal (zie Decreet,
art. 5). Het totaal aantal kerkraadsleden die op de verkiezing
kunnen aanwezig zijn, is 23 x 5 = 115. Het quorum wordt bereikt wanneer de
helft van de kerkraadsleden aanwezig is. Het resultaat wordt eventueel
afgerond naar de hogere eenheid, hetzij 115 / 2 = 57,5 dit wordt dus 58
kerkraadsleden.
Indien op de 1ste verkiezingsvergadering het
aanwezigheidsquorum niet bereikt wordt, dan moet een 2de
verkiezingsvergadering georganiseerd worden. Ongeacht het aantal aanwezigen
kan toch geldig een nieuw CKB gekozen worden.
Toepassing van artikel 27 van het Decreet.
2. Mandaten Centraal Kerkbestuur
De stemming gebeurt voor elke kandidaat afzonderlijk. Men
kiest voor de eerste kandidaat en daarna voor de tweede kandidaat (enz.).
Belangrijk is dat de stemming in het geheim verloopt en dat
een volstrekte meerderheid moet
bereikt worden. De meerderheid wordt berekend op het totaal geldig
uitgebrachte stemmen. Ongeldige stemmen of blanco stemmen worden niet
meegenomen in de berekening. De volstrekte meerderheid wordt bereikt,
wanneer de helft + 1 van de geldig uitgebrachte stemmen op één kandidaat
wordt uitgebracht. Dit totaal wordt eventueel afgerond naar de hogere
eenheid.
We hernemen het voorbeeld. Er zijn 23 kerkraden van 5 verkozen
leden, hetzij een kiespopulatie van 115. Het quorum wordt bereikt bij een
aanwezigheid van 58 kerkraadsleden.
Er zijn 66 leden aanwezig. Het quorum is dus bereikt. Bij de
stemming blijkt dat 3 leden blanco of ongeldig hebben gestemd. De
volstrekte meerderheid wordt vastgelegd op: ((66 – 3) / 2) + 1 =32,5 hetzij
afgerond op 33 stemmen. Indien er geen ongeldige of blanco stemmen zouden
zijn, dan moeten (66 / 2) + 1 = 34 stemmen geteld worden. Indien er 10
blanco of ongeldige stemmen zijn, dan bereiken we de volstrekte meerderheid
met ((66 - 10) / 2) + 1 = 29 stemmen.
Toepassing van artikel 27 van het Decreet.
D. Bijzondere mandaten of
functies
1. Kerkraad: Voorzitter, Secretaris,
Penningmeester
Enerzijds komt aan de functie van voorzitter, secretaris en
penningmeester een einde bij de driejaarlijkse gedeeltelijke vernieuwing
van de kerkraad (zie Decreet, art. 6).
Anderzijds komt de functie ook vacant indien de voorzitter, de secretaris
of de penningmeester ofwel zijn functie, ofwel zijn mandaat ter beschikking
stelt. Een nieuwe voorzitter, secretaris of penningmeester moet dan gekozen
worden nadat de kerkraad in al zijn leden (5 + 1) hersamengesteld is.
Het is de raad die de bijzondere mandaten (functies) kiest. De
aangestelde verantwoordelijke van de parochie maakt van rechtswege deel uit
van de raad. Hij/zij is daarom stemgerechtigd.
De verkiezing van de functies gebeurt voor elke functie
afzonderlijk en in het geheim. Dit houdt in dat ze schriftelijk en voor
elke functie afzonderlijk gebeurt. De stemming bij handopsteking, de
mondelinge instemming of de schriftelijke verkiezing op één stembrief voor
meerdere functies is vormelijk niet toegelaten.
De volstrekte meerderheid moet bereikt worden. Dit wil zeggen
dat rekening gehouden wordt met de geldig uitgebrachte stemmen. De
meerderheid berekend wordt op het getal van de aanwezige stemmers die niet
ongeldig of blanco hebben gestemd. De volstrekte meerderheid wordt dan
bereikt door het aantal aanwezige stemmers te delen door 2. Aan dit
resultaat wordt naargelang het resultaat oneven of even is 0,5 of 1
toegevoegd.
Een voorbeeld: op de verkiezing tot voorzitter zijn alle leden
(de verkozen leden en de aangestelde parochieverantwoordelijke) aanwezig,
hetzij 6. Zij stemmen allen geldig. De volstrekte meerderheid wordt bereikt
als (6 / 2) + 1 = 4 stemmen op één kandidaat worden uitgebracht.
De functies van voorzitter, secretaris en penningmeester zijn
niet cumuleerbaar. Aangezien de "verkozen" of "aangestelde"
leden uit hun midden de bijzondere mandatarissen verkiezen, is het
duidelijk dat de leden van rechtswege geen bijzonder mandaat kunnen
opnemen.
Er moet gestemd worden in zoveel stemronden als nodig totdat
één kandidaat de volstrekte meerderheid haalt of totdat zich een staking
van stemmen voordoet. In dat laatste geval is het jongste lid in leeftijd
verkozen.
Toepassing van artikel 12 van het Decreet.
2. Centraal Kerkbestuur:
Voorzitter en Secretaris-Penningmeester
In het voorbeeld (supra C.1) moesten 6 afgevaardigden verkozen worden. Het
centraal kerkbestuur bestaat dus uit 8 leden, namelijk de 6 verkozen leden,
de vertegenwoordiger van de bisschop en de expert.
De bijzondere mandaten worden gekozen door al de leden van het
Centraal kerkbestuur. Indien alle leden aanwezig zijn, dan wordt de
volstrekte meerderheid bereikt wanneer (8 / 2) + 1 = 5 stemmen op een
kandidaat verenigd worden.
Indien niet alle leden aanwezig zijn bv. slechts 5 leden (infra) dan wordt het minimum te verenigen stemmen bereikt
(5 / 2) + 1 = 3,5 afgerond op de hogere eenheid dus 4.
Daarenboven moet het aanwezigheidsquorum (minimum aantal
aanwezige zittende leden) om geldig te vergaderen vooraf ook bereikt worden
(zie Decreet, art. 19 mutatis
mutandis). Dit betekent in het voorbeeld
dat minstens 5 leden moeten aanwezig zijn, namelijk (8 / 2) + 1 = 5.
Toepassing van artikel 28 van het Decreet.
|