CENTRAAL KERKBESTUUR GENT STAD

 

Jakobijnenstraat 4 te 9000 Gent

 

Agenda en Vergadering tekst

Frequentie

 

De raad vergadert zo dikwijls als nodig en ten minste eenmaal per kwartaal. Hij wordt vooraf door de voorzitter bijeengeroepen. De bijeenroeping vermeldt de plaats, de dag, het tijdstip en de agenda. De raad kan dus niet bij algemene regel bepalen wanneer wordt vergaderd.

Toepassing artikel 17 van het Decreet

 

Tijdstip en Oproepingstermijn

 

De voorzitter moet bij het bepalen van het tijdstip in redelijkheid oordelen en rekening houden met de beschikbaarheid van de leden.

 

De oproeping kan per brief of per elektronische drager. Ze moet ten minste acht kalenderdagen voor de dag van de vergadering worden verstuurd. In die termijn zijn de dag van de oproeping en de dag van de vergadering niet inbegrepen. Er zijn geen afwijkingen mogelijk.

Toepassing artikel 18  en 19 van het Decreet

 

Agendapunten

 

Hoewel de voorzitter de agenda vaststelt, kan elk lid, dus ook het lid van rechtswege, punten aan de agenda toevoegen tot uiterlijk twee kalenderdagen vóór de vergadering. De raad mag tijdens zijn vergadering alleen de punten behandelen die op de agenda voorkomen.

 

De gewoonte om niet vermelde varia-items te behandelen op het eind van een vergadering doet afbreuk aan dit principe.

Toepassing artikel 18 van het Decreet

 

Openbaarheid

 

De vergaderingen van de raad zijn niet openbaar. Dat belet echter niet dat voor bepaalde agendapunten een deskundige erbij kan worden geroepen. Die deskundige mag echter niet aanwezig zijn bij de beraadslaging en de stemming.

Toepassing artikel 21 van het Decreet en Omzendbrief BA-2005/01 dd 25.02.2005, littera B, punt 1.3

 

Aanwezigheidsquorum

 

De raad kan slechts geldig beraadslagen als de meerderheid van de zittinghebbende leden aanwezig is. Zittinghebbende leden zijn leden die het mandaat van lid van de raad bezitten, hetzij als verkozen of aangesteld lid, hetzij als lid van rechtswege.

 

De meerderheid wordt dan gevormd door het aantal leden te delen door 2 en het resultaat af te ronden naar de hogere eenheid. In principe zijn er 5 verkozen (aangestelde) leden en 1 representatief vertegenwoordiger, hetzij (5 + 1) / 2 = 3 + 1 = 4.

 

Als bij een eerste bijeenroeping niet beraadslaagd kan worden omdat het aanwezigheidsquorum niet werd bereikt, kan de raad na een tweede bijeenroeping, ongeacht het aantal aanwezige leden, toch beraadslagen en besluiten over de punten die voor de tweede maal op de agenda voorkomen.

Toepassing artikel 19 van het Decreet en Omzendbrief 2008 / 01 dd 22.02.2008, deel III, pt. 4

 

Besluit bij volstrekte meerderheid

 

De besluiten worden bij volstrekte meerderheid van stemmen genomen. Bij staking van stemmen is het voorstel verworpen. Het is niet het aantal aanwezige leden dat bepalend is voor de berekening van de vereiste meerderheid, maar het aantal geldig uitgebrachte stemmen.

Toepassing artikel 22 van het Decreet

 

De meerderheid wordt berekend op het totaal geldig uitgebrachte stemmen, dit wil zeggen dat ongeldige stemmen of blanco stemmen worden niet meegenomen in de berekening. De volstrekte meerderheid wordt bereikt, wanneer de helft + 1 van de geldig uitgebrachte stemmen wordt uitgebracht. Dit totaal wordt eventueel afgerond naar de hogere eenheid.

Toepassing artikel 18 van het Decreet en Omzendbrief BA 2005/01 dd 25.02.2005, Littera A, pt. 1.2, in fine

 

2de Vergadering

 

Als bij een eerste bijeenroeping niet beraadslaagd kan worden omdat het aanwezigheidsquorum niet werd bereikt, kan de raad na een tweede bijeenroeping, ongeacht het aantal aanwezige leden, toch beraadslagen en besluiten over de punten die voor de tweede maal op de agenda voorkomen.

 

De kerkraad kan tijdens de 2de vergadering slechts de agendapunten behandelen die zowel in de 1ste als in de 2de oproepingsbrief werden vermeld. Indien er in de 2de oproepingsbrief agendapunten zouden voorkomen die niet in de 1ste oproepingsbrief werden vermeld, dan moet voor deze punten gehandeld worden volgens en met het quorum zoals bepaald in de 1ste lid van het artikel 19.

 

Geldige stemmen

 

Wat zijn nu geldige stemmen? Geldige stemmen zijn stemmen die aan de vormvoorwaarden van de stemming voldoen. Het kan een voorstem of een tegenstem zijn, maar geen blanco of een onthouding. Indien er in het geheim moet gestemd worden, dan mag het geheim niet geopenbaard worden (zie Decreet, art. 7, § 2 en art. 27, 1ste lid).

Bij mandaatverkiezingen moet afzonderlijk per mandaat gestemd worden (zie Decreet, art. 12, 27 en 28).

Toepassing artikel 22 van het Decreet

 

Deskundige

 

Bij de behandeling van bepaalde agendapunten kan een deskundige erbij geroepen worden. Die deskundige mag echter niet aanwezig zijn bij de beraadslaging en de stemming.

Toepassing artikel 21 van het Decreet

 

Andere mandaathouders

 

Leden van de kerkraad die ook andere mandaten of functies uitoefenen (gemeenteraadslid, voorzitter van het OCMW-bestuur, burgemeester, lid van het Centraal Kerkbestuur), alsook leden die een persoonlijk, familiaal of professioneel belang hebben, rechtstreeks of onrechtstreeks, al of niet strijdig met de belangen van de kerkraad, moeten de vergadering verlaten bij de behandeling van deze agendapunten of zich onthouden op te treden.

Toepassing artikel 20 van het Decreet

 

Expert van het centraal kerkbestuur

 

De expert van het centraal kerkbestuur is een volwaardig lid van dit bestuur. Hij neemt dus deel aan de besluitvorming.

 

Geen expert of meerdere experten aanstellen is in strijd met de bepalingen van het decreet. De samenstelling van het centraal bestuur is decretaal bepaald, zodat hier niet kan worden afgeweken. Het ontbreken van een expert heeft tot gevolg dat de raad van het centraal bestuur niet geldig is samengesteld, met mogelijks gevolgen voor de geldigheid van vergadering, beraadslagingen en beslissingen.

 

In de regel oefenen de leden van (de lokale raden en) de centrale besturen hun taak onbezoldigd uit. De aangestelde expert is lid van het centraal kerkbestuur. Het behoort tot de autonomie van het centraal bestuur om uit te maken of de aangeduide expert moet worden vergoed voor zijn/haar geleverde prestaties, weliswaar in overleg met de betrokken gemeente.

 

De expert kan niet worden beschouwd als opdrachthouder in het kader van de wetgeving op de overheidsopdrachten, zodat hij/zij geen facturen kan voorleggen voor geleverde prestaties. De problematiek van het handelsregister is hier dan ook niet aan de orde.

Toepassing van artikel 26 van het Decreet

 

Verbodsbepalingen

 

Indien agendapunten behandeld worden waarbij één van de leden andere (tegenstrijdige) belangen zou hebben, dan waakt de kerkraad over de integriteit van de besluitvorming.

 

§  het deelnemen aan besprekingen of stemmingen met een rechtstreeks of onrechtstreeks (via bloed- of aanverwantschap) en persoonlijk belang;

§  het als advocaat of notaris tegen bezoldiging optreden voor of tegen het bestuur van de eredienst. Kosteloos optreden kan wel;

§  het rechtstreeks of onrechtstreeks deelnemen aan overeenkomsten zoals een pachtovereenkomst of een overheidsopdracht. Zo kan een lid niet zelf of via een tussenpersoon goederen verkopen aan of kopen van het bestuur van de eredienst.

 

Deze verbodsbepalingen zijn geďnspireerd op bepalingen in andere organieke regelgevingen voor lokale besturen. Voor het definiëren van het rechtstreekse en persoonlijk belang kan bijgevolg verwezen worden naar de geldende rechtsleer en rechtspraak. Hieruit volgt dat een aantal voorwaarden gelijktijdig vervuld moeten zijn:

 

§  het voor- of nadeel moet materieel en in geld waardeerbaar zijn, hetzij een verregaand moreel belang betreffen;

§  er moet een oorzakelijk verband zijn tussen de beslissing en het voor- of nadeel;

§  het belang moet actueel zijn;

§  het belang moet individueel zijn.

Toepassing van artikelen 18, 19 en 20 van het Decreet

 

Schorsing en / of vernietiging

 

Het algemeen administratief toezicht voorziet in de schorsing en / of de vernietiging van de beslissingen van de kerkraad, alsmede van de beslissingen van de voorzitter en de secretaris die voor overheidsopdrachten samen optreden.

 

Besluit Kerkraad / CKB

 

De uitvoerbaarheid van de besluiten van de raad kan door het college van burgemeester en schepenen geschorst worden als het gemeentelijk belang en in het bijzonder de financiële belangen van de gemeente geschaad worden (zie Decreet, Art. 58, § 1, 1ste en 2de lid). De provinciegouverneur kan eveneens de uitvoering schorsen als het besluit de wet schendt of het algemeen belang schaadt (zie Decreet, Art. 58, § 2, 1ste lid).

Toepassing artikel 58 van het Decreet

 

Besluit van de Voorzitter en de Secretaris die samen optreden

 

De besluiten van de voorzitter en de secretaris van de kerkraad, die samen optreden bij overheidsopdrachten, kunnen ook geschorst en vernietigd worden op grond van dezelfde redenen die gelden voor de besluiten van de kerkraad, dus wegens het schaden van het gemeentelijk belang, in het bijzonder de financiële belangen van de gemeente, het schenden van de wet of het schenden van het algemeen belang.

 

Omdat die besluiten niet worden opgenomen in de notulen, vangt de toezichttermijn van dertig dagen pas aan op de dag na de dag van ontvangst van het door de toezichthoudende overheid opgevraagde dossier. Bovendien moet het schorsingsbesluit binnen voormelde termijn aan het bestuur van de eredienst en aan het centraal bestuur worden verstuurd.

 

De Vlaamse Regering (zie Decreet, Art. 59, 1ste en 2de lid) kan de voormelde besluiten van de voorzitter en de secretaris, die samen optreden, ook vernietigen binnen dezelfde termijn en om dezelfde redenen die gelden voor de besluiten van de kerkraad, dus wegens het schaden van het gemeentelijk belang, in het bijzonder de financiële belangen van de gemeente, het schenden van de wet of het schenden van het algemeen belang. De termijn waarbinnen de Vlaamse Regering kan optreden, kan niet worden gestuit (zie Omzendbrief BA 2005/01 dd 25.02.2005, Littera I).

Toepassing artikel 57, 58, 59, en 60 van het Decreet

 

 

 

© PéDéWé 08.2012 Hoewel de teksten hoofdzakelijk gebaseerd zijn op wetteksten, decretale verordeningen en omzendbrieven, is de interpretatie die er aan wordt gegeven een persoonlijk standpunt dat noch de Vlaamse Regering en haar administratie(s), noch de burgerlijke overheden en haar administratie(s), noch de kerkelijke overheid en haar instelling(en) verbindt.

 

Naar Index

Terug

Naar littera A