De terugbetaling aan de financierende overheid
De financierende overheid, hetzij de Stad of de Provincie,
betoelaagt het bestuur van de eredienst en dekt haar exploitatietekorten of
draagt bij aan de investeringen (zie Eredienstendecreet,
art. 52/1).
De financierende overheid die de te maken kosten prefinanciert op
basis van de geraamde kosten in het budget en / of die de investeringen
meebetaalt, vordert de niet-vervallen delen terug gedurende de
opschorting of bij de opheffing van de erkenning (zie
E.Art. 30, in fine).
Let wel! Alleen het gedeelte van de toelagen dat valt binnen de
opschortingstermijn of dat verschuldigd wordt vanaf de datum van opheffing
van de erkenning moet terugbetaald worden.
De terugbetaling van deze sommen is een pro rata temporis-regeling.
Dit wil zeggen een terugbetalingsregeling volgens het verloop van de tijd.
pro rata temporis: rechtswetenschap: iets
dat in evenwichtige verhouding staat met de in aanmerking te nemen tijd
daarvoor
Voorbeeld
De geraamde exploitatiekosten belopen 1.000,00 €/maand. De
financierende overheid betaalt gans het jaar op 01 februari, hetzij €
12.000,00. De erkenning wordt ingetrokken vanaf 01 mei. De financierende
overheid eist de restbetoelaging terug, hetzij 8 van de 12 maanden,
namelijk 8 / 12 x 12000= € 8.000,00.
De betoelaging vanaf 01 januari tot en met 30 april is terecht
toegekend. De intrekking van de erkenning vanaf 01 mei maakt de betoelaging
tot 31 december achterhaald.
Andere gevolgen
Bij toepassing van het Eredienstendecreet, Art. 52/1
kan de financierende overheid onroerende goederen aan
een bestuur van de eredienst ter beschikking stellen. Aan deze ter beschikking
stelling komt in principe een einde wanneer de erkenning wordt opgeheven.
Hetzelfde lot kan beschoren zijn aan de woonstvergoeding en de
secretariaatsvergoeding.
Art. 52/1, § 4 van het Eredienstendecreet bepaalt dat bij
toepassing van E.Art. 29, § 1, 1ste lid,
de verplichtingen van de financierende overheid kunnen opgeschort of
opgeheven worden.
|