Samenwerkingsakkoorden
Om haar opdracht naar behoren te vervullen, kan de ISD
samenwerkingsakkoorden met andere overheidsinstanties afsluiten (zie
E.Art. 19, 1ste lid).
Binnen het handhavingsspoor zijn contacten met de lokale actoren
(gemeenten, provincies, LIVC’s, burgemeesters,
etc.) en andere stakeholders (Veiligheid van de staat,
verbindingsofficieren geïntegreerde politie, FOD Justitie, etc.) belangrijk
om na te gaan of aan de erkenningscriteria en de verplichtingen in het
eredienstendecreet blijvend voldaan is (zie
MvT, p. 54).
* LIVC = Lokale Integrale Veiligheidscel
In de omzendbrief van de minister van
Binnenlandse Zaken en de minister van Justitie van 21 augustus 2015 met
betrekking tot de foreign terrorist fighters (FTF) wordt de burgemeester de regierol toebedeeld
in de lokale aanpak van gewelddadige radicalisering. Dit wordt nogmaals
bevestigd en verduidelijkt in de hernieuwde omzendbrief van 22 mei 2018.
Bevoegdheden, opsomming
De bevoegdheden van de leden van de ISD worden opgelijst aan de
hand van een verwijzingsartikel, namelijk de bevoegdheden zoals voorzien in
E.Art. 19, 1ste lid, 2°:
deze vermeld in E.Art. 20 tot en met 27.
De
personeelsleden van de bevoegde instantie beschikken over volgende
bevoegdheden:
1) Het recht om ruimtes te betreden (E.Art. 20);
2) Het recht tot opname van de identiteit
van personen (E.Art. 21);
3) Het recht om inlichtingen te vorderen
bij betrokkenen (E.Art. 22);
4) Het recht om de voorlegging, inzage,
kopieën of de tijdelijke bewaarneming te vorderen van informatie,
documenten en infodragers (E.Art. 23);
5) Het recht om verplichte medewerking te
eisen (E.Art. 24);
6) Het recht op het doen van
vaststellingen met audiovisuele middelen binnen het wettelijk kader (E.Art. 25);
7) Het recht om de bijstand van de
politie te vorderen (E.Art. 26);
8) Het recht om zich te laten bijstaan
door deskundigen en andere personen (E.Art. 26);
9) Het recht om raadgevingen te geven om
tekortkomingen aan de verplichtingen te voorkomen (E.Art. 27, § 2, eerste
lid);
10) Het recht om waarschuwingen te geven
in geval van een vastgestelde tekortkoming, zodat het bestuur van de
eredienst deze kan wegwerken (E.Art. 27, § 2, tweede lid);
11) Het opstellen van verslagen van
vaststelling met een bewijswaarde tot het bewijs van het tegendeel (artikel 27, § 1).
Bevoegdheid, toezicht op (zie
ook E.Art. 18)
Aan de personeelsleden van de bevoegde instantie belast met de
controleopdrachten worden enkel bevoegdheden toegekend die nodig zijn om de
controleopdracht vermeld in E.Art. 18, 1ste lid, 1° en 2° op
een adequate wijze te kunnen uitvoeren (zie
E.Art. 19, 2de lid).
Dit is bij het toezicht op de erkenningscriteria waaraan de
erkenningszoekende lokale geloofsgemeenschap moet voldoen tijdens de
(verlengde) wachtperiode of tijdens de bijzondere periode voorzien in
E.Art. 67, § 1 (lokale geloofsgemeenschap die de erkenning heeft
aangevraagd vóór 01.07.2019).
Bovendien kan enkel gebruik gemaakt worden van deze bevoegdheden
als dat redelijkerwijs nodig is voor de uitoefening van de
controleopdrachten. Deze bevoegdheden kunnen niet onbeperkt worden ingezet (zie
E.Art.19, 4de lid).
De bevoegdheid om toezicht te houden op de besturen van de
eredienst is onderhevig aan voorafgaande vaststellingen door de
toezichthoudende overheden in verband met de incorrecte toepassing van de
voorschriften van het Erkenningsdecreet (zie
E.Art. 18, 1ste lid, 3°).
De uitoefening van deze bevoegdheden moet steeds in verhouding
staan met de welomschreven controleopdrachten opgenomen in artikel 18
(finaliteit) en voor zover dat deze redelijkerwijs nodig zijn voor de
uitoefening van de controleopdrachten (proportionaliteit)
(MvT, p. 54).
Beperking
van het toezicht
In navolging van het arrest van het Grondwettelijk Hof van 19
december 2019 kunnen deze bevoegdheden enkel worden aangewend voor het
toezicht op de naleving van de (erkenningsverplichtingen) die gelden voor
de erkenningszoekende lokale geloofsgemeenschappen en de besturen van de
eredienst (MvT, p. 54).
Bij
het uitoefenen van het toezicht moet er steeds rekening gehouden worden met
het recht op vrijheid van de eredienst, de vrije openbare uitoefening ervan
en de organisatorische autonomie van godsdienstige geloofsgemeenschappen,
die gewaarborgd worden door de Grondwet en door de internationale
mensenrechtenverdragen (zie MvT, p. 13).
De
uitoefening van het fysieke toezicht wordt beperkt. In geen geval mag een
controletoezicht ter plaatse de aan gang zijnde eredienst verstoren (zie E.Art. 18, 3de
lid).
De
personeelsleden van de bevoegde instantie hebben niet de bevoegdheid om
gebouwen of ruimten te betreden die bestemd zijn als private woning
ongeacht wie deze woning betrekt (de bedienaar van de eredienst of andere
personen) (zie MvT, pp. 14 en 24).
Informatieplicht
Wanneer
de ISD vaststelt dat een bijzonder toezicht op de bepalingen van Hoofdstuk
3 van het Erkenningsdecreet aangewezen is, dan deelt ze deze beslissing mee
aan het representatief orgaan, in casu de bisschop (zie E.Art. 19, 3de
lid).
Zwaarwichtige
aanwijzingen
Deze
houden zeer dikwijls verband met een conflict aangaande de identiteit van
bestuursleden of van bedienaars; met een conflict aangaande de financiering
van de lokale geloofsgemeenschappen of van de besturen van de eredienst;
met een conflict aangaande de beïnvloeding van de onafhankelijkheid van de
lokale geloofsgemeenschap of van het bestuur van de eredienst (zie E.Art. 19, 2de
lid, 2°).
Beslissingen
genomen door (de leden van de) besturen van de eredienst die aanleiding
kunnen geven tot schorsing- of vernietigingsbesluiten door de stedelijke of
de Vlaamse overheden (zie Eredienstendecreet art. 58, art. 59 en art. 62)
worden ook bedoeld. Deze schorsing- of vernietigingsbesluiten moeten ook
aan de ISD worden ter kennis gebracht.
Na het inwinnen van het advies van de Raad van State, gaf de
Vlaamse Regering op 28 januari 2022 haar definitieve goedkeuring aan het
besluit dat volgende procedures bepaalt:
·
de procedure voor de beoordeling van de
ontvankelijkheid van zwaarwichtige aanwijzingen van een tekortkoming door
een bestuur van een eredienst;
·
de procedure voor kennisgeving aan het
representatief orgaan waarin bepaald wordt welke gegevens minstens moeten
vermeld worden door de Informatie- en screeningsdienst lokale
geloofsgemeenschappen.
Het besluit
treedt in werking 10 dagen na de publicatie ervan in het Belgisch
Staatsblad (zie E.Art. 19, 6de lid).
Legitimatiebewijs
Bij
de uitoefening van het toezicht moeten de toezichthouders hun identiteit en
hun bijzondere functie kunnen bewijzen. Zij leggen aan de personen of
instellingen op wie zij toezicht willen houden een bijzonder geschreven
bewijs voor (zie E.Art. 19, 5de lid).
De
Vlaamse Regering kan eveneens de voorwaarden bepalen waaronder de
personeelsleden van de bevoegde instantie die belast zijn met de
controleopdrachten kunnen worden aangesteld en het model van hun
legitimatiebewijs (zie MvT, p. 54, in fine).
Personeels-
en toezichtvereisten
De
Vlaamse Regering bepaalt de voorwaarden waaraan de leden moeten voldoen om
als toezichthouder aangesteld te kunnen worden en bepaalt de procedures die
moeten gevolgd worden bij het toezicht (zie E.Art. 19, laatste lid).
|